Er wordt eerst ingegaan op het onderwerp vakintegratie. Na verdieping is gebleken dat dit onderwerp overkoepelend is voor meerdere onderwerpen, vandaar dat hiermee wordt gestart. Vervolgens wordt er dieper ingegaan op ontdekkend en onderzoekend leren, de drie pijlers van cultuuronderwijs en competenties cultuureducatie en gedragsindicatoren. Deze onderwerpen worden uitgelegd, gekoppeld aan verschillende vakgebieden en er worden voorbeelden gegeven.
Vakintegratie
Definitie van vakintegratie
In de Nederlandse en internationale literatuur worden verschillende termen gebruikt, zoals vakintegratie, samenhangend onderwijs, leergebied, geïntegreerd curriculum en interdisciplinair onderwijs. Lake (1994) inventariseerde de definities die door verschillende auteurs gehanteerd worden voor een geïntegreerd curriculum:
- Onderwijs dat zo georganiseerd is dat het door vakken heen gaat; dat verschillende aspecten van het curriculum bijeenbrengt in betekenisvolle gehelen (Schoemaker, 1989).
- Een curriculum dat zo georganiseerd is dat het vakken door schrijdt en zich richt op omvattende levensproblemen of brede thema’s waarin onderdelen van het curriculum op een betekenisvolle manier bijeen worden gebracht (Good, 1973).
- Een curriculumbenadering waarin de methodologie en taal van meer dan één discipline worden toegepast om een centraal thema, kwestie, probleem, onderwerp of ervaring te bestuderen (Jacobs, 1989).
- Een curriculum waarin verschillende schoolvakken in een project worden gecombineerd, omdat dat de wijze is waarop leerlingen de vakken in de echte wereld tegenkomen (www.nwrel.org/scpd/sirs/8/c016.html).
Klein (2006) maakt een onderscheid in de mate waarin vakken geïntegreerd worden. Zij noemt drie benaderingen van vakintegratie: multidisciplinair, interdisciplinair en transdisciplines. Een multidisciplinaire aanpak brengt disciplines en hun kennis en methodes samen, maar de aparte disciplines blijven bestaan. Disciplinaire concepten en vaardigheden staan centraal. Er vindt geen synthese plaats.
Bij een interdisciplinaire aanpak wordt aan de hand van verschillende disciplines een thema, probleem of vraag bestudeerd. De vakinhouden komen in relatie tot elkaar aan de orde om een probleem op te lossen of tot een overstijgend conceptueel kader te komen (Nikitina, 2006). Door Mansilla, Gardner & Miller (2000) worden disciplines of vakken gezien als lenzen waardoor we naar de wereld kijken en deze interpreteren. Bij interdisciplinair denken worden concepten en manieren van denken van verschillende disciplines gebruikt om nieuwe producten of inzichten te creëren of problemen op te lossen.
De sterkste vorm van integratie is de transdisciplinaire aanpak. Bij deze aanpak zijn de grenzen tussen disciplines niet meer duidelijk. Er wordt uitgegaan van levensechte contexten die voor leerlingen betekenisvol en relevant worden gevonden. Leerlingen hebben soms inspraak in de thema’s die aan bod komen. Er is doorgaans sprake van een combinatie met een probleem gestuurde of onderzoek matige aanpak.
In Nederland worden op dit moment vier scenario’s onderscheiden (SLO, 2004) die oplopen in de mate van samenhang die tussen vakken gerealiseerd wordt:
- Scenario 1: samenhang door leerstofafspraken. De afzonderlijke vakken blijven bestaan, maar vakken worden op elkaar afgestemd.
- Scenario 2: samenhang door combinaties van vakken en projecten. Er wordt lestijd gereserveerd door vakoverstijgende projecten.
- Scenario 3: samenhang door integratie van vakken in leergebieden. Er worden geen afzonderlijke vakken meer aangeboden, maar leergebieden.
- Scenario 4: samenhang via competenties van leerlingen. Er is geen traditioneel rooster meer en leerlingen kiezen zelf uit een groot aantal mogelijkheden.